Spektakel op het bord bij Roy tegen Niels!

Dinsdag 22 maart  2013.

Afgelopen dinsdag was weer een van die ouderwets goed bezochte schaakavonden in de bovenzaal van Rembrandt. Twee partijen in de topcompetitie, één pot in de Hertog Jan League, twee kwartfinales voor de Meierij Cup en dan nog vijf “gewone” partijen voor de ladder.

Laat ik beginnen met de partij, die zonder de andere matadors tekort te doen, als hoogtepunt van de avond mag gelden: Roy tegen Niels, en omdat Roy e4 opende, een onvervalste Najdorf. Het werd scherp, dat zijn we van Niels wel gewend, maar Roy deed aardig mee. Tot zet 18 kwamen vrij logische zetten op het bord en kon Roy zich op een klein voordeeltje beroepen. Toen de zwarte dame in de problemen leek te komen, deed Niels iets wat alleen Niels lijkt te kunnen verzinnen, hij negeerde de aanval op zijn dame, vond een tegenactie en er kwamen  vreemde materiaalverhoudingen op het bord. Zijn moed leek beloond toen Roy op zet 23 een mindere zet deed en zijn voordeel zag omslaan in een klein minnetje. Met toren, loper én een gevaarlijke vrijpion had Niels méér dan voldoende compensatie voor zijn ingeleverde dame. Het had nog mooi voor hem kunnen aflopen maar op zet 34 verzuimde hij zijn pion naar c2 te brengen en kwam Roy met eeuwig schaak weg. Een geweldig gevecht! Kijk zelf maar!

Dan de overige partijen: Job en Michel plaatsten zich voor de halve finales van de Meierij Cup. Job won van Hans, nadat Hans in de eerste partij met zwart weliswaar goed standhield, maar daarvoor te veel tijd nodig had. Job kwam door enkele mindere keuzes van Hans licht in het voordeel, maar Hans beheerst de verdedigingskunst toch meer dan behoorlijk, weten we toch? Maar niet binnen de tijd: hij ging door de vlag. De tweede partij werd een formaliteit. In een gelijke stand werd vrij snel remise overeengekomen. De manier waarop Michiel met zijn bijna-naamgenoot afrekende kon het beste door de verliezer worden beschreven: Michel vertrouwde ons op de WhatsApp toe: “Ik heb gespeeld al een mak schaap. Michiel had een gemakkelijke avond.” Dat werd dus 2-0 voor Michiel.

In de Topcompetitie won Brent van Franck. Franck gaf aan het grootste deel van de partij gewonnen te hebben gestaan, maar zoals ook al op de WhatsApp te lezen viel: het is belangrijker wie op het einde van de partij het beste staat …. Rob en Michel konden niet van elkaar winnen, hoewel onze Stee via een nieuw openingsexperiment royaal kansen weggaf, die aan Rob niet besteed waren. Na zet zet 4 had Rob al een geweldige kans om de witte stelling te laten kraken, maar één zet later had dat nog krachtiger gekund. Niet voor herhaling vatbaar en om dat echt duidelijk te maken even een diagram:

Rob-Michel na 4....h6
Rob-Michel na 4….h6

Wit aan zet en wat te denken van 5.dxe5 dxe5 6.Lxf7+ Kxf7 7.Pxe5+ Kf6 8.Dd4. Zwart kan zich redden met 8…c5 9.Pxd7 Ke7 10.Dxc5+ Kxd7 maar 3 pionnen voor het stuk en de zwarte koning in het veld kan toch nooit de bedoeling van de zwarte openingsopzet zijn …. Het werd erger toen wit 5.0-0 en zwart 5… Le7 speelde, maar Rob zag weer niet dat slaan op e5 nu nóg sterker was dan op de vorige zet … De oplettende lezer wordt van harte uitgenodigd, dat zelf maar eens te bekijken.

In de Hertog-Jan-League mocht Tom het met wit opnemen tegen Ebe. Dat werd Frans en Tom koos voor de Tarrasch variant. Het werd een moeilijke laveerpartij, waarbij wit voortdurend kon bogen op een klein plusje.  In het verre middenspel won Tom een kwaliteit tegen een pion, dat hadden er twee kunnen zijn als Ebe iets beter had gerekend en daarna was wit definitief in het voordeel. De tijd speelde echter mee en Tom had daar aanvankelijk meer last van dan Ebe en speelde wat planloos. Maar Ebe begon ook steeds meer tijd te gebruiken en ging op zet 47 pardoes door de vlag. In een eerste analyse leek het er op, dat de zwarte pionnen nog best gevaarlijk werden, maar echte analyses kennen geen tijdnood en daarom nog even het slotdiagram:

Tom-Ebe na 47...Kf4
Tom-Ebe na 47…Kf4

De onvermijdelijk vraag: Kan wit nog winnen en zo ja, hoe pakt hij dat aan?

Dan werden er nog vier partijen voor de interne competitie gespeeld.

Gregor won met wit van Christiaan, maar daar had voor Christiaan best meer ingezeten. Hij ontwikkeld goed en agressief en zijn aanval was zo dreigend, dat hij een kwaliteit kon winnen. Gregor kon niks anders bedenken, dan een paard aan te bieden, maar Christiaan ging toch voor de kwaliteit. Maar daardoor kreeg Gregor juist tegenspel en met de zwarte koning in het centrum was dat meer dan voldoende compensatie.

Mark redde het niet tegen Reinder. Mark werd opgezadeld met een dubbelpion op de c-lijn. Dat kan zwak worden en dan kun je dus een pion verliezen. Maar door een verkeerde volorde van zetten werd dat zomaar een toren en na wat ruilen over en weer bleek dat veel te veel.

Rien speelde een goede pot tegen Max, won een pion, verloor die weer, veroverde later een paard, maar wist dat voordeel niet te verzilveren. Remise dus en een gemiste kans voor Rien, die aangaf vooral moeite te hebben met het vasthouden van de concentratie in zo’n gewonnen stand. Dat is ook zo, een bekende schaakwijsheid luidt: niets is moeilijker dan het winnen van een gewonnen partij ….

Hoe Winston won van Bart heeft hij mij verteld, en nu weet ik het niet meer. Wat ik wel weet is dat wij samen nog een glas hebben gedronken op de goede afloop en dat het een prima schaakavond was!

 

 

 

 

Laat een reactie achter

Je emailadres is niet zichtbaar