Externe competitie

Dubbelschaak 2

 

De teamcaptain van het 2de team is Gilion. Hij is te bereiken op dit emailadres. De uitslagen en stand in de poule is hier te vinden, de persoonlijke uitslagen staan hier en de persoonlijke scores staan hier.

 

 

Verslagen:

 

Na fantastische zegereeks kan Dubbelschaak 2 nog kampioen worden!

Zaterdag 12 april zou een legendarische dag kunnen worden. De nummer 1, Kemppion, kwam op bezoek bij de nummer 4 in klasse 1B van de NBSB, uw geliefde Dubbelschaak 2. Bij een 6-2 winst van Dubbelschaak wordt  Kemppion gepasseerd en als de nummer 2 WLC 2 dan verliest en Eindhoven 3 niet wint was zowaar een heus kampioenschap in Boxtel te vieren.
Alhoewel we dat die middag nog niet wisten verliepen de wedstrijden gunstig voor ons. WLC 2 verloor zowaar bij degradatiekandidaat Triple-Pion en Eindhoven 3 had het zwaar tegen HMC 4.


Triple-pion 1 - WLC 2                 5  - 3 (!!)
Eindhoven 3  - HMC Calder 4   4½ - 3½


Kortom: het kampioenschap was binnen handbereik.

 

Dan nu het wedstrijdverslag.


Jaap was vrijdag serieus onwel geworden en kon niet meespelen. Curd viel voor hem in met zwart op bord 3.

 

Curd Claassen

 

Uit het Frans kreeg hij een geïsoleerde centrumpion met wat vrijer stukkenspel. Het werd afgewikkeld tot een eindspel met ieder 2 torens, waarna de vrede werd getekend. De invallers hebben het dit jaar weer geweldig gedaan en Curd vormt geen uitzondering.


Op het eerste bord Gerard met zwart tegen Walter Smits.

 

Gerard Kastelein

 

De pionnenstructuur van Gerard was minder met een a-pion, een dubbelpion op c7 en c6. Dat was minder als het op een eindspel aan zou komen, maar voor het eindspel schiep God het middenspel. Helaas ging het daar ook niet helemaal goed en zo liepen we hier tegen een nul aan.


De punten moesten vandaag komen van Hans en mij. Wij speelden met wit en het zag er na enkele uren spelen best goed uit. Hans kwam een pion voor en dat is in handen van de pionnenman vaak goed voor een punt.

 

Hans Heijstek

 

Later bleek het initiatief toch overgegaan te zijn naar zijn tegenstander en ging ook hier het punt verloren.


Dan de partij waar ik het meest van gezien heb, maar toch ook een hoop niet…… Geert Brouwers met zwart stelde zich tegen mij verdedigend op met pionnen op c6, d6 en e5 en zijn paarden op f6 en g6.

 

Gilion Berkelmans

 

Met mijn lopers op e2 en e3 en de torens op b1 en c1 richtte ik mijn pijlen op de damevleugel en walste met die pionnen naar voren. Aanvankelijk met succes, maar wel ten koste van te veel bedenktijd. Geert verloor een kwaliteit en ik had een sterke vrijpion op c6. De witte stukken stonden op de damevleugel en zwart startte een wanhoopsoffensief op de koningsvleugel. Hier reageerde ik helemaal verkeerd op. In plaats van het dichtschuiven van de koningsvleugel en het hergroeperen van de stukken naar deze kant liet ik het openen van de koningsvleugel toe en werd overrompeld. Met een mooie combinatie maakte Geert het met mat uit. Dit bleek het beslissende punt waarmee Kempion na tal van 2e plaatsen het kampioenschap en de promotie veilig stelde. De snelle rekenaars hadden inmiddels wel door dat een 6-2 overwinning voor Dubbelschaak 2 er niet meer in zat.


Martin op 8 stond al een hele tijd minder en had inmiddels ook verloren.

 

Martin van Driel


Ebe met zwart op 7 leek het punt binnen te halen.

 

Ebe Reitsma

 

Het was een stelling met veel combinatiemogelijkheden. Bij de analyse bleek Ebe aan het langste eind te hebben moeten trekken, maar deed dit niet. Ook hier een nul, al de 5e deze middag voor dubbelschaak.


Maar er waren ook enkele goede berichten te melden. Om te beginnen op bord 6 van onze Michel.

 

Michel van den Elzen

 

Hier volgt zijn verslag. Het woord is aan Michel, met wit: “Ik speelde tegen Jos Jacobs wederom discutabel. Opening ging redelijk naar wens, maar er sloop nonchalance in mijn spel. Ik schatte mijn tegenstander niet al te hoog in en dacht dat het wel los zou lopen. Jos nam het initiatief over en bracht mij in verlegenheid. Op het moment dat ik weer bij de les was, was het eigenlijk al te laat. Dit bleek ook in de analyse. Ik vond telkens wel de beste zet maar het was feitelijk al te laat. Het spreekwoordelijke uitstel van executie. Jos gaf een kwaliteit en het was wachten totdat wit kon gaan opgeven. Mede ook door zijn tijdverbruik ging zwart wat sneller zetten wat leidde tot een onnauwkeurigheid. Wit kon er uit, en na afruil van de dames bleef er plots voor zwart een hopeloze stelling over. Mede ook door het kwaliteitsverlies eerder. Kemppion had intussen 4,5 punt opgehaald en was kampioen. Zwart vond het daarom welletjes en hierdoor kon Michel weer een fortuinlijke overwinning bijschrijven ....”


Op bord 5 was Tom nog als enige bezig.

 

Tom van Stiphout

 

In een taaie Siciliaan met 2. c3 kwam Tom in een gunstig eindspel met het loperpaar en een pluspion tegen paard en loper. Hij speelde geduldig, nam de tijd en zwart beging een onnauwkeurigheid en Tom scoorde een punt. Eindstand 2½ - 5½.


Dubbelschaak 2            1751 -  De Kemppion 1                1794 2½ - 5½
1. Gerard Kastelein       1789 - Walter Smits                     1913 0  - 1
2. Hans Heijstek            1861 - Kees Rombouts                1894 0  - 1
3. Curd Claassen          1512 - Ron Rombouts                  1715 ½  - ½
4. Gilion Berkelmans     1895 - Geert Brouwers                1819 0  - 1
5. Tom van Stiphout      1823 - Ralf Weijers                      1740 1  - 0
6. Michel van den Elzen1768 - Jos Jacobs                        1720 1  - 0
7. Ebe Reitsma              1708 - Ronny van den Boomen   1766 0  - 1
8. Martin van Driel         1649 - Tom Verhappen                1784 0  - 1


De eindstand geeft aan dat we precies op het juiste niveau schaken, met 7 matchpunten uit 7 wedstrijden en we hebben een half bordpunt meer, anders was het gemiddelde ook nog eens 4 bordpunten per wedstrijd.


Klasse 1B                Mp  Bp   1     2     3     4     5     6     7       8
1. De Kemppion 1        11  36   x     4     6½  3½  5½   5    6½   5
2. Eindhoven 3               9  33   4    x      3½   3    4½   4½   7    6½
3. De Vughtse Toren 1   9 28½ 1½ 4½   x      4    4     5½    4    5
4. WLC 2                        9  28   4½  5     4      x    4½  2½    3    4½
5. Dubbelschaak 2         7 28½ 2½  3½  4     3½   x    5     5½   4½
6. HMC Calder 4            6  27   3    3½   2½  5½   3    x     5      4½
7. Triple-pion 1               5 22½ 1½   1    4     5     2½   3     x     5½
8. Nuenen 1                   0 20½  3   1½   3     3½  3½   3½  2½   x


Tot slot de persoonlijke resultaten. De invallers deden het fantastisch met 100 % voor Guido en Reinder en 50 % voor Geert en Curd. Kijk het rijtje met uw favorieten maar even na. Michel deed het geweldig, de rest kon te zelden pieken. Vandaar de plaats midden in de middenmoot.


Dubbelschaak 2          Ro    1  2  3  4  5  6  7    N  W   %  Brd  kl   Rc     TPR 
1. Guido Jansen           2115  -  1   -   -  1   -   -    2   2  100   1         1868  2227
2. Reinder de Boer       1395  -  -    -   -  -   1   -    1   1  100   2  1z   1783  1782 
3. Gerard Kastelein      1789 ½  0  1  0  0  1   0   7  2½  36  2,3  1z 1837  1732
4. Hans Heijstek           1861  1 ½ 1   r  1 ½    0   7   5    67  2,6  2w 1808 1931
5. Curd Claassen         1512   -  -  -  -   -   -    ½   1   ½   50   3  1z    1715 1715
6. Gilion Berkelmans    1895  0 ½  ½  1  1  1  0   7   4    57  3,4  7w 1809 1860
7. Tom van Stiphout     1823 ½  0 ½  1  0  0   1   7   3    43  3,6  7z  1792 1740
8. Jaap van Meerkerk   1714 ½  -  0  0  ½  0  -    5   1    20  5,4  1z  1732 1491
9. Michel van den Elzen1768 -  1  0  1   1   -   1   5   4    80  6,4  1w 1720 1960
10. Ebe Reitsma             1708 ½  0 ½ ½ 1  ½   0  7   3    43  6,9  1z  1689 1638
11. Martin van Driel        1649  0  1  0  0   -  1   0  6   2     33 7,8  2w  1756 1633
12. Geert Tiellemans      1693  ½  -   -   -   -   -   -  1   ½    50   8  1z    1716 1716

 

Tot volgend seizoen!


Groeten van Gilion.

 

30 maart: HMC 4 – Dubbelschaak 2: Reinder Rules!

Michel was deze zaterdag verhinderd en wilde graag vooruit spelen. De tegenstanders speelden allemaal liever op zaterdag, dus we kregen een invaller uit het derde. Normaal gesproken zouden we onze vaste opstelling houden, maar nu Michel niet vooruit kon spelen zetten we de invaller op het eerste bord.
Na overleg speelde Reinder mee met zwart op het tweede bord. En toen we zeiden dat zijn tegenstander even goed/slecht was als Tom of ik was hij zich bewust van zijn kansen. Maar daarover later meer.
We begonnen niet zo goed. Op de “zwarte borden” zag het er niet goed uit, op de “witte borden” iets beter, maar niet voldoende om het te compenseren. Eerst maar langs de zwartspelers.
Reinder verloor zijn dame tegen een toren en een paard tegen Cees Nuijten. Door het verlies van de rochade en een toren ingesloten op h8 telde ik op het tweede bord een nul.
Tom op 4 vond zelf dat hij niet goed uit de opening (gesloten siciliaans) kwam, maar dat viel volgens mij wel mee. Hij speelde een beetje ongelukkig f7-f5. Wit kon met een loper op d5 veld g8 beheersen waardoor de koning op h8 vast stond. Na paard h4 x g6+ gaf Tom op. Na h7 x g6 en Dame h3+ liep het mat.
Op bord 6 kreeg Jaap niet helemaal gelijk spel uit de opening. Wit kwam binnen met een toren op d7 en toen zwart deze aanviel kwam de dame er met een schaakje op b3 bij op f7. Zoveel kracht op de 7e rij bleek alleen af te stoppen ten koste van een paard waarna Jaap verloren stond en de aandacht van Bart van der Krogt verslapte. Prompt won zwart een licht stuk terug. Na een lichte schok bleek Bart toch zo gewonnen te staan dat Jaap mat niet meer af kon wenden.
Martin op het staartbord stond gelijk. Zijn tegenstander bood remise aan, maar gezien de stellingen op de borden begroef Martin de strijdbijl niet.
Dan de witte borden. Gerard nam het op tegen Rinus Loman. De opening leek gelijk op te gaan, maar gaandeweg zette Gerard zijn stukken steeds beter neer. Op de open f-lijn kwam de dame binnen en van dichtbij gesteund door zijn paarden en op afstand door zijn torens kwamen er allerlei combinatiemogelijkheden tegen de zwarte koning. Een heel mooie prestatie en een punt tegen een heel goede schaker.
Hans op 3 kwam beter uit de opening. De dames gingen er vrij snel af en de pionnen werden vast geschoven. Er was geen winstplan, wel remise.
Zelf mocht ik op 5 tegen Cees van Zelst. Zijn behandeling van de opening ging samen met links en rechts tempoverlies waardoor mijn pionnen op d4, e4 en f3 zorgden voor meer ruimte en mijn lichte stukken en dame zorgden voor druk. Toen Cees zich met e6-e5 dacht te kunnen bevrijden bleek dat toch niet goed en met een pion meer via d4 x e5 en later x f6 zonder fianchetto-loper ter verdediging, een wit paard op e7 gedekt door die pion op f6 kwam de dame binnen en was mat slechts te voorkomen door op te geven. Nog even wat literaire vrijheid, zo tevreden ben ik over de partij.
Ebe speelde tegen Chiel Koster op bord 7. Chiel bleek de opening goed te begrijpen. Links en rechts stonden wat dubbelpionnen en de d- en f-lijn waren open en in handen van Ebe die de zwarte rochade voorkwam. Een winstplan werd niet gevonden, remise wel.
Zo was de tussenstand 3-3.
Nu naar het hoogtepunt van deze zaterdagmiddag. Zelf had ik weer wat hoop dat Reinder remise kon halen tegen Cees. Inmiddels had Cees een kwaliteit verloren (nu dus 2 torens tegen de dame) en zwart een mooi paard op e3. De toren op h8 werd bevrijd doordat Reinder met zijn koning naar g6 liep. Na een combinatie ruilde / won Reinder de dame en een paard tegen zijn torens. Met 5 pionnen tegen een paard en 2 pionnen was het remise, maar Cees greep de laatste keer mis en met vrijpionnen op a2 en b3 speelde hij de kandidaat naar a4 en gaf de pion op b3 en de partij pardoes weg. Hiermee kreeg Reinder het felbegeerde virtuele lintje “Held van Dubbelschaak 2 in de slag tegen Dad’s Army van HMC”.
De overwinning kreeg extra cachet, doordat de stand op 4-3 kwam en het matchpunt binnen was.
Op bord 8 speelde Martin gestaag door tegen Theo Hovers. Inmiddels (of daarvoor, daar wil ik van af zijn) had hij een eindspel met een dame, toren, loper en 3 pionnen tegen dame, toren en 5 pionnen. Martin pikte handig een pion mee en de torens werden geruild. Daarna koos wit er ten onrechte voor de dames te laten ruilen. Het eindspel met 5 pionnen tegen 3 pionnen en een loper was waarschijnlijk wel te houden, maar Martin speelde het goed en haalde het punt binnen. HMC 4 – Dubbelschaak 2: 3-5!


   Ronde 6
   HMC Calder 4           1732 - Dubbelschaak 2         1729 3  - 5
1. Marinus Loman          1832 - Gerard Kastelein       1789 0  - 1
2. Cees Nuijten           1783 - Reinder de Boer        1395 0  - 1
3. Wim van Oostrum        1748 - Hans Heijstek          1861 ½  - ½
4. Bert Kramer            1774 - Tom van Stiphout       1823 1  - 0
5. Cees van Zelst         1717 - Gilion Berkelmans      1895 0  - 1
6. Bart van der Krogt     1710 - Jaap van Meerkerk      1714 1  - 0
7. Chiel Koster           1630 - Ebe Reitsma            1708 ½  - ½
8. Theo Hovers            1663 - Martin van Driel       1649 0  - 1

 

 

 

18 maart: Dubbelschaak 2 zet inhaalrace voort.
Na een start met veel bordpunten en maar 1 matchpunt uit 3 wedstrijden heeft Dubbelschaak 2 na 2 wedstrijden met 4 matchpunten zich stevig in de middenmoot genesteld. Met – de goede rekenaars hadden het al geconcludeerd: 5 matchpunten uit 5 wedstrijden. En we staan met nog 2 wedstrijden te spelen maar 2 punten achter op de nummer 1. Theoretisch kunnen we nog kampioen worden, maar ook als voorlaatste degraderen. Over hoe dat kan later meer.
Eerst neem ik je graag mee terug naar een mooie zaterdag, 8 maart, in een wijkcentrum in Eindhoven waar we aantraden tegen Triple Pion. Martin van Driel deed mee aan een toernooi met zijn zoon (een investering in een wat verdere toekomst) en Guido was zijn vervanger. Dit op de dag dat op landelijk niveau het eerste vocht voor promotie. Maar het eerste was compleet en na een discussie aan het begin van het seizoen is besloten dat Guido niet als eerste team lid werd aangemeld en Niels wel, waardoor we nu weer een kanon van 2100+ aan bord 1 hadden.
Eerst was het dringen wie het verslag mocht schrijven. De tegenstander van Jaap was ergens onbereikbaar onderweg van Geldrop hopelijk naar Eindhoven, dus we dachten na een half uur dat Jaap geen tegenstander zou hebben en wat als journalist bij kon schnabbelen. Zijn tegenstander kwam toch en kort daarna was Guido klaar en bereid om het verslag te schrijven. Nadat ook Michel zijn partij had afgesloten gingen ze vluggeren en kwamen de journalistieke verplichtingen toch weer bij uw vliegende reporter terecht. Deze concentreert zich de laatste tijd meer op zijn partij, wat het niveau van de partij ten goed komt, maar de kwaliteit en snelheid van het verslag niet.
Na deze uitgebreide inleiding voor degenen die dit nog lezen, overigens dank hier voor, het wedstrijdverslag.
Op bord 1 Guido. Met wit en 350 elo-punten meer leiden er na ongeveer 15 zetten toe dat zwart een ingesloten loper op c8 en torens op a8 en e8 had. Na paard c3-b5 met een aanval op de dame op d6 was een paardvork op c7 en een hopeloze stelling voldoende voor Loek van Rey, na eerder 4 remises op bord 1 te hebben gescoord, om op te geven.
Michel met zwart op 8 maakte er weer een spannende partij van. Nadat zijn paard op c6 geslagen was gaf hij met zijn loper op f2 een tussenschaakje om ten koste van een pion de koning in het midden vast te houden. De lichte stukken vormden een ware plaag voor wit en met pionnen wilde wit ze verjagen. Dat ging onnauwkeurig en met een grappig zetje won Michel de dame en dus de partij.
Hans met zwart op het tweede bord kwam de Caro-Kann. Meestal wordt na Ld3 geruild met de loper op h7. Hans speelde Pf6 en dat bracht zijn tegenstander kennelijk in verwarring. De belangrijke zwartveldige witte loper werd geruild tegen een paard en de zware stukken met een loper voor zwart tegen een paard bleven over. Het paard kwam in een vervelende penning en dat kostte uiteindelijk een kwaliteit. Bij het witte wanhoopsoffensief moest Hans op zijn tellen passen. Dat deed hij en hij won een paard met een schaakje naar de koning op b1. Dat overzag zijn tegenstander die Hans mat zette. Een onreglementaire zet, waarna hij verbouwereerd op gaf. Een mooie partij van Hans!
Op de borden 3 en 4 zaten de beste schakers van Triple Pion. Gerard kiest met wit voor een rustige opbouw. Hij komt een kwaliteit voor, maar zijn slechte pionnenstructuur en actieve stukken van zijn tegenstander resulteren in een sterke aanval die Gerard moet zien te keepen. Hij doet zijn uiterste best, maar wordt toch voor ons niet zo mooi mat gezet.
Tom krijgt de Russische variant met Dame b3 als antwoord op zijn Grunfeld-Indisch. Dat heeft Tom in zijn leven vaker tegen gehad, maar hoe het precies zat was hij even kwijt. Zijn eigen commentaar: Erg blij was ik niet met mijn partij, zeker niet met de uitslag en nog het minst met de manier waarop deze uiteindelijk tot stand kwam.
Vroeger had ik de Db3-varant van de Grünfeld nog wel geweten, nu kon ik mij daarvan nog vaag herinneren, dat je met c5 een pion moest offeren maar de finesses wist ik niet echt meer te reproduceren.
Ik stond dus lange tijd een pion achter, maar wist wel de strijd gaande te houden. Het leek er in deze fase zelfs op, dat ik tegen de verdrukking in best een goede pot speelde.
Alleen toen ik had kunnen aansturen naar een toreneindspel met een pion minder, wat zomaar zou kunnen uitmonden op twee tegen drie pionnen op de koningsvleugel, met goede remisekansen dus, verzon ik een slimmigheid die helemaal fout was en kon ik meteen een nul noteren.
Gezegd moet worden, dat ik best een goede tegenstander had.
Als hij bij ons zou hebben gespeeld zou hij nu stevig op weg zijn naar het Walhoofd ...”


Op het 5e bord speelde ik met wit tegen Frans Ooms. De opening resulteerde in een ruimtelijk voordeel met pionnen op c4, d4 en e4. Nadat ik de e-lijn in bezit kreeg kon ik op e7 met een toren binnen komen en wikkelden we af naar een eindspel met ieder een toren en paard en een pluspion voor mij. Na torenruil speelde ik het onder toeziend oog van een tevreden Tom en Hans uit.
Ondertussen had Jaap naast mij met zwart remise gemaakt en was de buit binnen.
Ebe kreeg, zoals zo vaak, Hollands tegen. Ook nu deed hij dat weer heel goed en hij had niet alleen een ruimtelijk voordeel, maar zelfs stukwinst. En met dit punt kwamen we op de eindstand 2,5 – 5,5.


   Triple-pion 1          1715 - Dubbelschaak 2         1834 2½ - 5½
1. Loek van Rey           1756 - Guido Jansen           2115 0  - 1
2. Mario Teeuwen          1789 - Hans Heijstek          1861 0  - 1
3. Peter Bouma            1801 - Gerard Kastelein       1789 1  - 0
4. Jochem Berndsen        1834 - Tom van Stiphout       1823 1  - 0
5. Frans Ooms             1720 - Gilion Berkelmans      1895 0  - 1
6. Teun Kremers           1606 - Jaap van Meerkerk      1714 ½  - ½
7. Henny Valks            1596 - Ebe Reitsma            1708 0  - 1
8. Arnold van der Heijden 1617 - Michel van den Elzen   1768 0  - 1

 

Om onze opmars te onderstrepen, evenals de spanning in onze klasse hier de resultaten van de vorige ronde waar de koplopers Eindhoven, Kemppion en WLC een matchpunt verliezen.


Ronde: 4; 08 feb 2014
HMC Calder 4       1732 - Triple-pion 1      1715 5  - 3
Dubbelschaak 2     1776 - Nuenen 1           1708 4½ - 3½
De Kemppion 1      1794 - Eindhoven 3        1853 4  - 4
WLC 2              1777 - De Vughtse Toren 1 1809 4  - 4

 

In ronde 5 verliezen HMC en Eindhoven zelfs, terwijl degradatiekandidaten De Vughtse Toren en uw geliefde Dubbelschaak de volle winst pakken.

 

Ronde: 5; 08 mrt 2014
De Vughtse Toren 1 1799 - HMC Calder 4       1731 5½ - 2½
Eindhoven 3        1852 - WLC 2              1777 3  - 5
Nuenen 1           1730 - De Kemppion 1      1794 3  - 5
Triple-pion 1      1715 - Dubbelschaak 2     1834 2½ - 5½

 

Wat leidt tot deze stand.

   Klasse 1B            Mp  Bp   1   2   3   4   5   6   7   8
1. Eindhoven 3           7  25   x   4   3      4½       7  6½
2. De Kemppion 1         7  24   4   x  3½   5      6½       5
3. WLC 2                 7 20½   5  4½   x  2½  4½   4        
4. HMC Calder 4          6 20½       3  5½   x      2½   5  4½
5. Dubbelschaak 2        5  21  3½      3½       x   4  5½  4½
6. De Vughtse Toren 1    5  19      1½   4  5½   4   x   4    
7. Triple-pion 1         3  16   1           3  2½   4   x  5½
8. Nuenen 1              0  14  1½   3      3½  3½      2½   x


Met nog 2 ronden te gaan is Nuenen gedegradeerd en kan Dubbelschaak nog voorlaatste worden en mee degraderen. Maar als we de laatste rondes winnen van HMC en Kemppion kunnen we zelfs nog kampioen worden. Voor mij is WLC de favoriet met wedstrijden tegen de nummers laatst en voorlaatst.

 

Allen gegroet,
Gilion Berkelmans.

 

13 februari: Dubbelschaak 2 wint degradatieduel tegen Nuenen nipt.


Vanwege vakanties van Niels en Michel had het eerste naast Guido nog een invaller nodig. Doordat we nog maar 1 matchpunt uit 3 wedstrijden hadden en als nummer voorlaatst tegen nummer laatst speelden wilden we zo sterk mogelijk aantreden. Diederik speelde daarom in het eerste en wij traden met de basis-8 aan.
Bord 1 en 2.
Bij het uitwisselen van de opstellingen vertelde de teamleider van Nuenen dat vanwege trieste familieomstandigheden hun eerste bord speler niet aanwezig was en ze geen invaller hadden. Hun eerste bord zou leeg blijven. Gerard was weer helemaal uit Rotterdam gekomen en baalde er wel van om niet te hoeven spelen. Onze Hans (Heijstek)  en hun Hans (Keijzers) vonden het geen probleem als we onze Hans vrij gaven en hun Hans op bord 1 tegen Gerard zou spelen. Opgelost.
Volgens sommigen had ik beter iemand anders vrijaf kunnen geven, maar in de spelregels staat alleen dat we de opstellingen uitwisselen en we een punt krijgen als hun tegenstander niet binnen een uur op komt draven. Dus we hadden geen keus en mochten alleen hopen op de welwillendheid van Nuenen. We kunnen van start!
Op 1 Gerard Kastelein met zwart tegen Hans Keijzers. In een Tsjichorin ontwikkelt Gerard snel zijn lichte stukken en heeft wit pionnen op c4, e4 en f4. Zijn paard op e5 staat aangevallen, maar toch wint Gerard via een schaakje op h4 een pion op h2. Als wit zijn dame aanvalt kan hij zijn paard niet meer in veiligheid brengen. Dat lijkt al heel snel 1-1 te worden.  



 

Gerard vecht knap door en na een zet of 40 heeft hij 2 pionnen, een toren en een paard en het initiatief tegen dezelfde hoeveelheid materiaal plus een loper.



We hopen op een remise, wat een topprestatie zou zijn.  



Helaas is het initiatief niet vast te houden en als wit er uit komt verliest Gerard nog een paard en is het nu toch echt over en uit. Toch 1-1 op de eerste 2 borden.

 

Bord 3 Tom van Stiphout tegen Bas Neggers.
Met zwart kiest Tom voor een scherpe opstelling waarin allerlei combinaties mogelijk zijn.

 


Hij pakt met zijn dame een pion op b2 en dat is vaak linke soep.



Naar eigen zeggen ging er links en rechts wel wat mis, maar trok hij aan het langste eind.


 

Zelf speelde ik op bord 4 tegen Joop Bongers. Tegen het  Konings-Indisch speelde ik Sämisch waarin de g tegen de f-pion werd geruild en ik geen potten kon breken op de koningsvleugel.



Na 19 zetten stond ik minder en bood Joop remise aan. Volgens Hans stonden we als team slechter en mocht ik het niet aannemen. Hierna probeerde zwart voordeel te forceren wat leidde tot verzwakkingen. Ik won een pion op a3 en had meer activiteit.



Daarna vergat zwart ook nog een loper voldoende te dekken.
Twee punten voor de subtoppers en 3-1 op de eerste 4 borden.
Jaap van Meerkerk met zwart op 5 speelde de opening geduldig en wist langzaam maar zeker het initiatief naar zich toe te trekken.



Met beiden een dame, toren en een licht stuk ontstonden allerlei verwikkelingen. Koos Rademaker had met wit een paard op f5, altijd link. Toen paard f5 – h6 schaak mogelijk was en zijn toren op f7 binnen kon komen was het plotseling uit, waar ik als buurman tijdens de partij op minimaal een halfje gerekend had.

 

Michel kreeg met wit op bord 6 een stukoffer tegen (na een “go” van de teamleider van Nuenen) waarna zijn tegenstander het initiatief en 2 pluspionnen had. Het zag er naar uit dat Chris Schmidt voor Nuenen snel een punt zou scoren, maar toen dat niet gebeurde kwam Michel steeds sterker te staan in een eindspel met beiden 2 torens en wit een loper.



 

Met vaste hand trok Michel het punt naar zich toe. In totaal is het dan 4-2 voor Dubbelschaak, we hebben nog een halfje nodig.

 

Martin speelt graag scherpe openingen en ook deze keer kon hij op bord 8 een klassieker voor de dag halen: het Evans-gambiet: Italiaans met een pionoffer b2-b4.



Hij kreeg een mooie ontwikkelingsvoorsprong en na verloop van tijd kon de pion terug gewonnen worden.



Daar moet het ergens mis gegaan zijn, want even later was zijn pionnenstructuur niet al te best en weer even later stond hij in een toreneindspel 2 pionnen achter. Nadat torenruil niet tegen te gaan was, was ook de nul onontkoombaar. 4-3.
Ebe op 7 zette de partij solide op en dat deed zijn tegenstander ook.



Er werden geen grote fouten gemaakt en de remisegrenzen leken nooit overschreden. Dus het benodigde halfje en daarmee de eerste overwinning van Dubbelschaak 2 dit seizoen is eindelijk binnen. Opvallend dat steeds degene met de hoogste rating won, achteraf keurig voorspelbaar terwijl het in de praktijk natuurlijk niet zo rechttoe rechtaan ging.


Dubbelschaak 2            1776 - Nuenen 1              1703 4½ - 3½
1. Gerard Kastelein       1770 - Hans Keijzers         1824 0  - 1
2. Hans Heijstek          1889 - NO                         1  - 0  Regl.
3. Tom van Stiphout       1837 - Bas Neggers           1596 1  - 0
4. Gilion Berkelmans      1908 - Joop Bongers          1774 1  - 0
5. Jaap van Meerkerk      1684 - Koos Rademaker        1769 0  - 1
6. Michel van den Elzen   1764 - Chris Schmidt         1690 1  - 0
7. Ebe Reitsma            1713 - Peter Paul Geluk      1573 ½  - ½
8. Martin van Driel       1647 - Léon Driessen         1697 0  - 1

 

We hebben nu 3 matchpunten. Doordat Vughtse Toren al 3 keer gelijk heeft gespeeld en Nuenen nog alles heeft verloren staan we nu met 3 teams met 3 matchpunten gedeeld 5e én voorlaatste. Volgende keer tegen Triple Pion zullen we weer aan de bak moeten om het degradatiespook te verjagen.

 

Gilion.

 

Dubbelschaak 2: veel bordpunten, weinig matchpunten.


Na het bekendmaken van de geplande opstelling voor de wedstrijd tegen koploper Eindhoven 3 reageerde Gerard dat hij wel op het eerste bord wilde. Dan kon hij onbevangen aan de slag en hij scoort behoorlijk goed tegen spelers met een hogere rating. Geen probleem: Dubbelschaak 2 biedt graag ruimte voor ambitieuze spelers!


Na een rondje langs de borden leek het er op dat we een stevige nederlaag zouden gaan lijden. Gerard, Tom, Michel en Martin stonden volgens mij duidelijk minder en alleen bij Hans zag het er goed uit. Een 6-2 nederlaag, schatte ik in.

 

De topborden van Dubbelschaak


Eerst het eerste bord, waar Gerard met zijn jeugdige bravoure onbevangen aan de slag ging. Zijn pionnenstructuur was een ruïne en hij had wat actievere zware stukken, maar ik gaf er geen cent meer voor. Zijn tegenstander haalde nog een pion op (2 pionnen voorsprong), maar Gerard kwam handig met 2 torens binnen op de 8e rij en mat was onafwendbaar. Een voor mij verrassende overwinning. Ik ben benieuwd wat Gerard en Fritz er van vinden.


Hans kwam goed uit de opening. Zijn stukken stonden actiever en gezien zijn vorm had ik hier steeds vertrouwen in. Alhoewel Hans naast me zat heb ik de winstvoering gemist. Kortom: 2-0 aan de eerste 2 borden!


Op 3 kreeg ik een Tsjichorin-verdediging tegen. Echt een opening die je zelden tegen krijgt en toch niet slecht is. Op zich stond ik na de opening niet slecht, maar ik zag vooral plannen voor mijn tegenstander. De lichte stukken werden geruild om de angels uit de stelling te halen en de vrede werd getekend.


Tom werd met zwart langzaam maar zeker weggedrukt. Hij verloor een loper tegen de f- en g-pion , maar zijn actieve stukken boden volop compensatie. Het realiseren van een materieel voordeel kost vaak wat tempi. Wit offerde een toren tegen een sterke loper en bood remise aan. Met een toren en 2 pionnen tegen 2 lichte stukken en een vrij open stelling zag het er voor Tom toch goed uit. De vrede werd echter getekend: 3-1.

 

En de staartborden...


Op de borden 6 en 8 streden Michel en Martin. Na hun overtuigende overwinningen van de vorige ronde zagen de stellingen er nu vanuit Dubbelschaakperspectief troostelozer uit. Michel speelde weer zijn Budaverpester-gambiet en raakte al snel een stuk achter zonder noemenswaardige compensatie. Hij probeerde nog lang van niets iets te maken, maar tevergeefs.


Martin speelde Siciliaans met zijn befaamde agressieve stijl. Helaas verrekende hij zich, waardoor wit op b5 toe kon slaan en Martins koning al snel naar voren werd gedwongen. Mat midden op het bord. Met nog de partijen van Jaap en Ebe aan de gang staat het 3-3.


Jaap heeft een plus door actievere stukken en het loperpaar, maar er is geen duidelijk winstplan en Ebe staat een pion achter in een eindspel van toren en loper. We hebben hoop op 4-4.


Plotseling is het uit bij Jaap. Hij heeft geduldig getracht zijn voordeel uit te melken. Iets te rustig, want zijn vlag is ruim voor de 40e zet gevallen. In de andere competitie waar hij speelt is een ander speeltempo van kracht. Een les die een half punt kost.


De tegenstander van Ebe wordt door teamgenoten gewezen op de 4-3 stand en met een remise zijn de 2 matchpunten voor Eindhoven binnen. Hij biedt voor de matchwinst remise aan en laat vrijwel meteen de winstvoering zien. Als Jaap dus netjes remise had gespeeld was het toch 4,5 – 3,5 geworden.


Met 11 bordpunten en maar 1 matchpunt na 3 wedstrijden doen we onszelf toch behoorlijk tekort. Nu volgen 2 beslissende rondes tegen Nuenen en Triple-pion. Ik heb er alle vertrouwen in dat we na deze rondes in de middenmoot staan.


Gilion.

 

Bij vlagen spectaculair duel Dubbelschaak 2 – Vughtse Toren 1

Deze keer waren we op Jaap van Meerkerk na compleet. Het eerste hoefde geen invaller, waardoor we Guido op bord 1 konden zetten. Dankzij bureaucratische regelingen waar we normaal Europa de schuld van zouden geven hadden we nu een 2100+ speler, terwijl we anders met Nielsje (1900-) aan hadden moeten treden.

 

Na een uur of 2 maakte ik een rondje langs de borden en mijn voorspelling was dat de eerste drie borden ons 2 punten op zouden kunnen leveren, de 3 middenborden anderhalve punt en de laatste 2 borden 1 punt. Een kleine overwinning voor ons dus.

 

Eerst de borden 4, 5 en 6.

Die werden bemand door Hans H, Gerard en Michel (die laatste is net buiten de foto gevallen)

 

Bij Hans op bord 4 werden de stukken vrij snel geruild, zodat de torens en iedere een paard en loper resteerden. Op een speculatieve pionwinst met een paard op h7 ging Hans terecht niet in. Dus remise. Niks mis mee, maar gezien de vorm van Hans toch een kleine tegenvaller.


Daarnaast opende Gerard weer met een eigenzinnig systeem op e4 met een vroege ontwikkeling van de damevleugel inclusief lange rochade en een onderontwikkelde koningsvleugel. Wit speelde sterk en met een witte loper op b6, toren op d1 en actieve dame was de koning op c8 door Gerard niet meer te redden. Of misschien toch wel, want Gerard baalde enorm.


Op bord 6 ging Michel vroeg aan het bier. Hij stond een pion achter, maar had wel een betere stelling. Ik baalde al, want onze benjamin is nogal eens overmoedig. Toen ik hem hier streng op aansprak vertelde hij dat hij ook een stuk voor stond… Ja, soms moet je ook de stukken natellen.

 

Michel opende met 1.e4,e5 2.d4, exd4. 3.c3. Zwart ging hier niet op in en zijn paarden werden door de witte pionnen naar achteren gedrongen.

 

Hieronder de volledige partij geillustreerd met enkele diagrammen:

 

Michel - Frits [C21]
09.12.2013


1.e4 e5 2.d4 exd4 3.c3 d6 4.cxd4 Pc6 5.d5 Pe5 6.f4 Pg6 7.Pf3 Pf6 8.h3

 

 

8...Pd7 9.Pc3 Le7 10.Pe2 Pc5 11.Le3

 

 

11...Pxe4 12.Da4+ Ld7 13.Dxe4 0–0 14.0–0–0 Te8 15.Dd3 c5 16.Pc3 Lf6 17.Dd2 a6 18.Ld3 b5 19.Pe4 Le7 20.h4 f5 21.Pg3 Dc8 22.h5

 

 

1–0

 

De middenborden 1,5 – 1,5.

 

Ebe op bord 7 speelde Frans en kwam na 14 zetten tot de diagramstelling.

 

 

Wit dacht dat hij beter stond. Fritz dacht van niet. Hij geeft de volgende variant: 14.  ..  d4 15. Pe4 g5  16. Lg3  h5. Ebe zag het niet en verloor.

 

Bord 7 en 8 in de achtergrond

 

Bord 8. Hier volgt het commentaar van onze hoofdrolspeler zelf: “Bord 8 met wit werd bemand door Martin. Al op de tweede zet van wit waren zij min of meer al uit de theorie. Het denken was vanaf dat moment unplugged. Zwart verweerde zich goed totdat Martin zomaar zijn wit paard op veld g4 plaatste. Achteraf zei de zwartspeler dat hij deze zet onderschat had en niet had doorgerekend. Op een gegeven moment speelde Martin f5 en een paar zetten later paard f6 schaak. Zwart moest het paard nemen anders ging zwart mat. Na een veldslag van afruil had Martin goed gerekend dat hij in het eindspel met torens 2 pionnen voor kwam te staan en dat deze pionnen met elkaar verbonden waren. Dit was teveel voor zwart en feliciteerde onze clubspeler met de overwinning.”
De staartborden: 1-1.


Het venijn zat hem qua tijd in de staart. De borden 1, 2 en 3 gingen alle drie door tot na de tijdcontrole van de 40e zet.

 

 

Op 3 speelde Tom, hier zijn relaas:
“Ik kreeg een klassieke Svesjnikov op het bord en daarvan de vrij scherpe ruilvariant. Hoewel mijn tegenstander verklaarde, dat hij de theorie niet kende, deed hij alles goed en koos hij tot overmaat van ramp op de 15e zet de sterkste voortzetting.
Toen wist ik het ook niet meer helemaal. Ik had toen een pion moeten offeren, zag ik thuis.
Het bleef wel uiterst spannend en 7 zetten later gaf ik toch een pion weg, maar dat offer was een beetje uit nood geboren. Ik ruilde de dames en kreeg zowaar nog wat tegenspel.
Maar ergens in de tijdnoodfase miste ik één keer de beste voortzetting en dat was ook meteen genoeg om op verlies te komen staan. Want anders ..... maar daar heb je helemaal niks aan ...
Ik haalde de 40e zet nog wel. Toen had ik tijd genoeg om te zien, dat ik rustig kon opgeven ...
Verdiend verloren dus!”


Naast Tom kon ik mee genieten van het gevecht. Na een verkrampte start kwam een fascinerende stelling met veel torens, koningen in de vuurlinie, ieder een paard en de nodige pionnen. Met zijn zwarte pion op e3 zag ik al een goede afloop, maar het ging dus mis. Een partij voor op de site.

 

Op het 2e bord kwam ik met wit gewonnen te staan nadat zwart met haar paard wel erg veel zetten speelde. Helaas zag ik op enkele beslissende momenten niet de goede voortzetting. Probleem was dat ik dan een stuk moest offeren voor 2 pionnen en een sterkere stelling. Als je het ziet was het niet moeilijk, maar de varianten die ik zou hebben gekozen waren andere dan die Fritz voorstelde. Uiteindelijk verzandde mijn voordeel en werd het remise.

 

Guido, oud-kampioen van de Vughtse Toren speelde bij ons aan het eerste bord tegen een 2000+ speler. Na 10 zetten had hij een pion meer en alleen d5, c6, Pf6, Pd7 ontwikkeld, maar wel een pion op b2 opgehaald. Wit had wel 10 ontwikkelingszetten gedaan. Hier volgt zijn verslag.


“Grappig debuut. Ik speelde zoals ik dat graag wil, origineel en spannend. Dus het was een leuke partij. Mijn eerste 4 zetten waren 1. .. d5 2. .. c6 3. ... Db6 en 4. .. Dxb2. Dat zegt eigenlijk bijna alles al over de partij. Zondigen tegen alle openingsregels, maar wel gewoon een pion meer.

 

Zie hier de stelling van Guido. Zijn dame staat op d8 en lijkt niet weggeweest te zijn, maar hij heeft dus al een avontuur erop zitten (d8-b6-xb2-b6-d8)

 

Tot een zet of dertig ging het prima. Ik kon mijn ontwikkeling bijna voltooien, kon wat stukken ruilen en hield mijn pion meer. In tijdnood ontspoorde de partij een beetje. Misschien doordat ik de laatste tijd iets te weinig speel, had ik te weinig tijd over om de beste zetten te vinden. Nu wikkelde ik af naar een beter, maar misschien niet gewonnen toreneindspel. En met een 3-4 achterstand werd het een spannend duel met veel publiek. Het toreneindspel liep zoals gepland. Objectief was het misschien niet gewonnen, maar dat waren de toreneindspelen van Carlsen tegen Anand natuurlijk ook niet. Het uitrekenen van de pionnenwedren had ik net met het geven van de schaakles (aan stap 5 bij HMC jeugd) gehad, dat was dus redelijk eenvoudig. Gewonnen, leuke partij en 4-4 gespeeld, ik ben tevreden.”

Wij ook Guido!

 

Na 2 wedstrijden hebben we 1 matchpunt en 7,5 bordpunten, bijna 50 %. Ik verwacht dat we ook dit jaar weer in de middenmoot meedraaien.


Dubbelschaak 2        1829 - De Vughtse Toren 1   1806 4  - 4
1. Guido Jansen          2106 - Marc Viering         2005 1  - 0
2. Gilion Berkelmans     1908 - Evelina Getmanchuk   1819 ½  - ½
3. Tom van Stiphout      1837 - Wim Viering          1859 0  - 1
4. Hans Heijstek         1889 - Geert van der Cruysen1776 ½  - ½
5. Gerard Kastelein      1770 - Hans de Nijs         1811 0  - 1
6. Michel van den Elzen  1764 - Frits Akkermans      1751 1  - 0
7. Ebe Reitsma           1713 - Tammo Hagedoorn      1675 0  - 1
8. Martin van Driel      1647 - Steven Luderer       1751 1  - 0


Groeten van Gilion.

 

3 november: Dubbelschaak 2 kiest voor veroudering.


Haperende seizoenstart tegen WLC 2.
Dit seizoen heeft PSV voor verjonging gekozen en er wordt stilletjes al gefluisterd over een overgangsjaar. Dubbelschaak 2 kiest niet voor deze lijn en gaat met een vracht aan ervaring de strijd aan. Geen overgangsjaar maar resultaten voor Dubbelschaak 2!


Sjors heeft gekozen voor zijn studie en Niels versterkt het eerste. We hebben ook een verse kracht! Jaap van Meerkerk, buurman van Gerard, versterkt ons team. Van Meerkerk: Een beetje geloof in eigen kunnen met hulp van boven kan geen kwaad. Jaap speelt  bij Erasmus, de grote humanist. Een veelzijdig man deze Jaap, dat is nu al duidelijk.


Onze benjamin Michel had een flipperweekend in Amsterdam en daarmee kwam de gemiddelde leeftijd van ons team op 61 lentes. Met zo’n 400 jaar schaakervaring gingen we dan ook vol goede moed naar onze bekenden/vrienden van WLC 2.


We beginnen de reis langs de borden met de partij van onze nieuwe aanwinst. Op het bord heb ik daar nog weinig van meegekregen. Ik was druk met mijn eigen stelling en het werd vrij snel remise. Even warmdraaien in het nieuwe team, begrijpelijk. Van Jaap via Erasmus is het een kleine stap naar onze invaller Geert. Voor de niet-historisch onderlegden onder ons: de eigenlijke naam van Erasmus is Geert Geerts. Weer iets geleerd en wezenlijk waar!


Onze Geert dus kreeg een plusstelling, maar het werd een potremisestelling met pionnenketens, ieder 2 torens en een ongelijke loper. Ik had eerder het idee en de hoop dat er meer uit te halen was, maar dat maakte in de eindstelling niet meer uit. Onze 2e remise.


Hans H. zat in een dipje en gaf zelf aan even liever niet aan bord 1 te spelen. Vanwege de zwart/wit-verhouding (wat overigens niets met de donker genuanceerde piet te maken heeft, voordat we de VN op bezoek hebben) streed ik op bord 1 en Hans op 3. Hans pakte het voortvarend aan en zijn tegenstander werd op magistrale wijze van het bord getikt, waarin alle koningspionnen geruimd werden en de zwarte koning van g8 naar a7 vluchtte. Tevergeefs. Een partij voor op de site!


Het gerucht gaat dat Hans nieuwe energie heeft gevonden in de openingsstelling van Rob, zie ons forum. Een stelling met 32, 64 of 96 openingsvarianten, afhankelijk van je fantasie.


Ondertussen ging het bij mij mis op het eerste bord. In een tartakowerachtige variant van het damegambiet moest ik door een onoplettendheid mijn sterke witveldige loper ruilen tegen een zwak paard. Daarna koos ik niet voor een initiatief op de koningsvleugel  en in een beetje mindere stelling had ik een paard op e5 en een loper op f4. Zwart had een pion op e4, waardoor het paard niet naar f3 (of d3) terug kon. In een afwikkeling viel zwart met f6 mijn paard aan dat alleen naar g4 kon. Na h5 moest het paard naar h2 en viel zwart de loper op f4 aan met g5. Ingesloten…. En stukverlies. Als rouwverwerking, heel kleine hoop op een geïrriteerde en daardoor onoplettende tegenstander en om niet op te geven als we nog geen pluspunt hebben speelde ik nog een zet of 20 tevergeefs door. Tussenstand 2-2.


De meest spectaculaire partij komt – uiteraard – van onze soms dolende schaakridder. Hoe moet ik dat nu beschrijven? Wit kiest vol voor de koningsaanval en neemt de g-lijn met dame en toren over van zwart. Zijn koning staat nog in het centrum en een toren onaangeroerd op a1. Als de aanval net niet doorslaat wordt Martien in het centrum mat gezet. Ondanks het verlies een spectaculaire partij voor op de site!


Dan nu de “ grande finale”. 3-2 achter en Tom en Gerard staan heel goed en Ebe remise-achtig. We hebben goede hoop op 1 of misschien wel 2 matchpunten.


Tom staat een kwaliteit tegen een pion voor. Zijn tegenstander heeft met wit 3 pionnen op de koningsvleugel en 2 verbonden vrijpionnen op de a- en b-lijn. Tom ruilt de dames en een toren niet helemaal gelukkig en komt in een eindspel met toren en loper en 4 pionnen op de koningsvleugel tegen loper en paard en 5 pionnen waarvan 2 inmiddels beruchte vrijpionnen. Noodgedwongen geeft Tom zijn loper tegen deze vrije jongens en wordt het remise.


Gerard heeft zijn tegenstander overspeeld en staat in een toreneindspel met 5 pionnen tegen 3 pionnen gewonnen, denken wij. De tegenstander heeft wel een actieve koning die met de toren eenvoudig te pareren matdreigingen geeft en dat vertekent het beeld. Uiteindelijk heeft Gerard een ver opgerukte vrijpion, ondersteund door koning en toren en zijn tegenstander een minder ver opgerukte vrijpion eveneens door koning en toren geholpen. Handig offert zijn tegenstander de toren als de pion promoveert en ondervindt Gerard dat de pion niet te stoppen is met de koning aan zijn zijde. Ook hier een verloren halfje.


Met een 4-3 achterstand vecht alleen Ebe met zwart nog door. Helaas staat wit veel beter met het bezit van een open f-lijn en een sterk paard tegen een zwakke loper. Zijn tegenstander laat het teambelang voor gaan en met herhaling van zetten dwingt hij remise af. Evenals alle wedstrijden in het vorige seizoen was het ook nu weer spannend en alhoewel we 0,0 matchpunten hebben zullen we zeker nog wel goed meedraaien in deze klasse.


Gilion Berkelmans.


WLC 2                 1783 - Dubbelschaak 2       1763 4½ - 3½
1. Roel Copic            1853 - Gilion Berkelmans    1896 1  - 0
2. Leo van IJzendoorn    1844 - Tom van Stiphout     1837 ½  - ½
3. Pierre Buijs          1780 - Hans Heijstek        1886 0  - 1
4. P.L. Koster           1770 - Gerard Kastelein     1749 ½  - ½
5. André Smol            1733 - Jaap van Meerkerk    1684 ½  - ½
6. Jasper Krenning       1766 - Ebe Reitsma          1713 ½  - ½
7. Henny Wilbrink        1817 - Martin van Driel     1647 1  - 0
8. Aard Daanen           1700 - G. Tiellemans        1693 ½  - ½